(11 maart 2023)
Ook in het voorjaar kun je allerlei paddenstoelen vinden. Een opvallende is de gele trilzwam. Deze is het hele jaar aanwezig, maar valt in de winter en het vroege voorjaar extra op, zeker bij vochtig weer. Jonge exemplaren zijn namelijk opvallend goudgeel-oranje van kleur. Ik vind ze net op weggegooide mandarijnenschillen lijken. Oudere exemplaren zijn bleekgeel tot vrijwel kleurloos. Als het meer dan vier graden vriest, bevriezen ze. Bij natte omstandigheden zuigen trilzwammen vocht op en bij droge omstandigheden verschrompelen ze. Sporen worden alleen gevormd bij vochtige omstandigheden. Ze kunnen een tot tien centimeter groot worden.
De gele trilzwam vind je op dood hout maar het is geen schimmel die dood hout opruimt. Hij parasiteert op de zwamvlok (mycelium) van schorszwammen. Alle trilzwammen van het geslacht Tremella zijn schimmelparasieten.
Gele trilzwammen zijn niet giftig. Ze zijn eetbaar maar worden in Europa niet gegeten.
Waar je gele trilzwam tegenkomt, kun je als aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan een bijzonder verschijnsel zien, namelijk ijshaar (fotoβs onder).
IJshaar kun je alleen vinden op dood beuken- en eikenhout. Er moeten zwamvlokken van de gele of zwarte trilzwam aanwezig zijn. Door de stofwisseling van die schimmels ontstaat er o.a. water. Dat wordt door de hele kleine openingen in het dode hout naar buiten geperst. Als de temperatuur net onder nul graden is en er is sprake van hoge luchtvochtigheid, dan bevriest het water. Zolang de schimmels water blijven produceren en de omstandigheden gunstig zijn, groeien de ijsharen aan.
Hier lees je waarom ik elke dag een soort plaats.
ππ³π°π―π―π¦π―: π’πππ¦π΄π°π·π¦π³π±π’π₯π₯π¦π―π΄π΅π°π¦ππ¦π―.π―π, ππͺπ¬πͺπ±π¦π₯πͺπ’, ππ’π΅πΆπ³π¦ ππ°π₯π’πΊ