Soort van dag 88: heermoes

(29 maart 2023)

Nu eens aandacht voor een soort die massaal in delen van onze tuin opkomt maar die we daar liever niet hebben: heermoes (ook bekend onder de volksnamen akkerpaardenstaart en kattenstaart). Op de dijk in onze buurt zag ik de eerste sprieten al boven de grond komen (foto rechtsonder). Ik bereid me er nu mentaal op voor dat ik ook dit jaar weer verschillende keren door sommige delen van onze tuin heen moet met maar één doel: heermoes wegtrekken. Als ik dat niet doe, verdwijnen de gewenste planten onder deze paardenstaart (foto linksonder).

Heermoes hoort tot de paardenstaartfamilie. Het zijn sporenplanten, net zoals varens, wolfsklauwen en mossen. 300 miljoen jaar geleden, nog voor de dinosauriërs, kwamen ze massaal voor. Ze waren zo groot als bomen. Nu zijn er wereldwijd nog zestien soorten over; acht soorten komen in Nederland voor. Een ervan is heermoes.

Alle paardenstaarten hebben holle stengels en leden die je uit elkaar kunt trekken. Hun stevigheid danken ze aan de grote hoeveelheden kiezelzuur die ze uit de bodem opnemen. Bovengronds kan heermoes een halve meter hoog worden; onder de grond kunnen de zwarte wortelstokken wel anderhalve meter lang worden! Bovendien kunnen ze veel verdragen: grond met gif en dikke lagen opgebrachte grond. Heermoes komt vooral voor op opgebrachte en omgewoelde grond zoals in tuinen. Heermoes is een indicator voor slecht waterdoorlatende grond.

Echte bladeren heeft een paardenstaart niet. Op de overgang van de leden zit een krans van vergroeide schubben met tanden, schede genoemd. Dit zijn de ‘bladeren’ van de paardenstaart. Bij heermoes is het eerste lid van een zijtak langer dan de stengelschede. Er is een soort die erg op heermoes lijkt, lidrus. Hierbij is het eerste lid van een zijtak veel korter dan de stengelschede.

Er is nog een verschil tussen deze twee soorten. Bij lidrus (foto linksboven) staan de sporenaren aan het eind van de stengels. Heermoes heeft aparte lichtbruine stengels met sporenaren die in het voorjaar als eerste omhoog komen (foto rechtsboven). Twee weken later komen de groene stengels zonder sporenaren uit de grond.

Bijna alle planten zijn afhankelijk van schimmels in de grond om goed te kunnen groeien. Paardenstaarten niet. Er is in Nederland maar één insect die op paardenstaarten leeft. En dat is de paardenstaartsnuittor. Koeien en andere grazers eten geen heermoes. Het is giftig en door het kiezelzuur moeilijk verteerbaar. De plant is zelfs giftig voor planten die om hem heen groeien: grassen ontkiemen en groeien minder goed in de buurt van heermoes.

Heermoes is bekend om zijn geneeskrachtige werking. Het is vochtafdrijvend, bloedstelpend en nog veel meer. Maar let op: lidrus is giftig.

Dankzij de diepe wortels kan heermoes mineralen opnemen vanuit grondlagen waar andere planten niet bij kunnen en deze vervolgens naar de plant bovengronds transporteren. Heermoes slaat deze mineralen in hoge concentraties op. Daarom wordt de plant bijvoorbeeld gebruikt als indicator van goudhoudend erts. Omdat de plant zeer mineraalrijk is, kan het ook goed als meststof gebruikt worden. Dat kan door er eerst een stinkende gier van te brouwen (1 kilo groene heermoesstengels op 10 liter water 10 dagen laten staan). Zelf laat ik als andere planten inmiddels enige hoogte hebben, het afgeplukte heermoes als meststof liggen. Of ik gooi het op de composthoop.

Hier lees je waarom ik elke dag een soort plaats.

𝘉𝘳𝘰𝘯𝘯𝘦𝘯: 𝘕𝘦𝘥𝘦𝘳𝘭𝘢𝘯𝘥𝘴𝘦 𝘖𝘦𝘤𝘰𝘭𝘰𝘨𝘪𝘴𝘤𝘩𝘦 𝘍𝘭𝘰𝘳𝘢, 𝘞𝘪𝘬𝘪𝘱𝘦𝘥𝘪𝘢, 𝘕𝘢𝘵𝘶𝘳𝘦 𝘛𝘰𝘥𝘢𝘺

Eén gedachte over “Soort van dag 88: heermoes”

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: